Ottolenghi’s aubergine met karnemelksaus en granaatappelzaden

maandag 18 juni 2012 door Ted

Aanpassingen/vereenvoudigingen 2013-01-11 (want: best ever): Kwark ipv karnemelk en Griekse yoghurt, minder knoflook, iets meer en andere kruiden. Onderstaand is eenvoudiger en lekkerder dan origineel!

Voorgerecht voor 4 tot 8 personen of hoofdgerecht voor 2:
2 (grote) aubergines
5 eetlepels olijfolie
1 eetlepel verse tijmblaadjes
1 granaatappel (tip: je kan granaatappelpitjes in plastic bakjes kant en klaar kopen bij AH, 1 bakje is voldoende)
1 eetlepel za’atar (alternatief: verse oregano)

‘ Karnemelk’ saus (ook perfect als aioli):
200 gram “sjieke” kwark (Tip: Senoble Franse kwark, te koop bij de Vomar), of in ieder geval volle kwark, geen magere
1.5 eetlepel extra vergine olijfolie
1/2 teen knoflook, geperst
snufje zout

Verhit de oven op 200 graden Celsius. Snijd de aubergines overlangs doormidden en snijd ook midden door het groene steeltje (het steeltje is alleen om naar te kijken; eet het niet). Maak met een klein scherp mes meerdere parallel lopende inkepingen (1 centimeter uit elkaar) in het vruchtvlees, maar laat de schil heel. Draai de aubergines 45 graden en snijd ze weer in, zodat er een ruitpatroon ontstaat.

Leg de halve aubergines met de snijkant naar boven op een bakplaat of in een ovenschaal. Bestrijk ze met olijfolie – en blijf ze bestrijken tot het vruchtvlees alles heeft opgezogen. Bestrooi ze met tijmblaadjes en een beetje zout en peper. Rooster de aubergines 35 – 40 minuten in de oven waarna het vlees gaar, geurig en lichtbruin moet zijn.
Optie: Neem ze uit de oven en laat ze koud of lauw worden.

Maak in de tussentijd de granaatappel en de saus klaar.
Snijd de granaatappel horizontaal doormidden. Houd de ene helft boven een kom met de snijkant naar de handpalm gericht en sla met de steel van een houten lepel zachtjes tegen de schil. Blijf met toenemende kracht slaan tot de pitten loslaten en tussen je vingers door in de kom vallen. Zeef de pitten als beide granaatappelhelften leeg zijn om stukjes wit vel of vlies eruit te halen.
Of liever: “Snijd de granaatappel in kwarten en peuter de zaadjes er met je vingers uit”, want zoals Janneke Vreugdenhil zeer terecht opmerkt: “die hele door iedereen tot cultstatus verheven truc met die pollepel is mij werkelijk nog nooit gelukt.” – mij dus ook niet.

Klop voor de saus simpelweg alle ingrediënten door elkaar. Zet deze tot gebruik in de koelkast.

Schep voor het opdienen een royale hoeveelheid saus op elke halve aubergine, maar laat de steeltjes onbedekt. Bestrooi ze met za’atar (of verse oregano en verse tijm) en besprenkel met granaatappelpitten.
De schilkan je ook eten, maar het lekkerst is om met een lepel het vruchtvlees met de saus en de pitjes op te eten.

Tip: de saus en de aubergines kan je ruim van te voren voorbereiden, zodat je alleen de aubergines op het moment zelf in de oven moet doen. Zelfs dat kan je een dag van te voren doen. Dan kan je op de dag zelf de aubergines opwarmen in de magnetron, net zo lekker!

 

aubergine met karnemelksaus

 

1 reactie op “Ottolenghi’s aubergine met karnemelksaus en granaatappelzaden”

  1. Aioli (fast & light)-- Barbara Culinair zegt:

    […] Oorspronkelijk een onderdeel van Ottolenghi’s aubergine met karnemelksaus en granaatappelzaden. […]